Verslag Amateursport trekt duurzame sprint

21 juni 2024

Verslag Amateursport trekt duurzame sprint

21 juni 2024

Verduurzaming sportverenigingen: een lagere energierekening en een enorme bijvangst

Verduurzaming levert amateursportverenigingen niet alleen een lagere energierekening op, en is dus eigenlijk een ‘no-brainer’. Veel clubs zijn al goed op weg, maar verdienen navolging. Met een flinke dosis enthousiasme, simpeler regelingen en wat hulp van buitenaf bezorgen clubs zichzelf een betere toekomst. Ze kunnen ook een belangrijk onderdeel zijn van de lokale energievoorziening, zeggen de sprekers bij de online talkshow Amateursport trekt duurzame sprint.

Bij Kees Vendrik, voorzitter van het Nationaal Klimaat Platform schoven de volgende gasten aan:

 

hockeyveld waar druk wordt getraind

De kiem: verduurzaming begint binnen de club

Aan tafel zit jaren ervaring met verduurzaming binnen sportclubs. Hun ervaring leert: zonder een aantal enthousiaste trekkers binnen de clubs gaat het nooit lukken. Maar de resultaten zijn enorm.  In een enkel geval red je er een zieltogende club mee.

Verduurzaming is voor veel sportclubs nogal een grote ambitie, zo blijkt uit een ronde langs de velden en de rapportage Amateursport fit voor de toekomst dat het Nationaal Klimaat Platform (NKP) onlangs naar drie ministeries stuurde. Zelfs bij grote clubs met veel vrijwilligers zijn tijd, investeringsruimte en kennis vaak beperkt, concludeert het NKP.

Er zijn genoeg vrijwilligers die willen verduurzamen, maar niet precies weten hoe en wat.

Rutger ter Hoeven, voorzitter FC Weesp

In zijn rapportage aan de ministeries identificeert het NKP drie sleutels die verenigingen kunnen helpen om te verduurzamen:

  • Experts moeten de clubs helpen en ‘ontzorgen’
  • Simpelere manieren om maatregelen te kunnen financieren
  • Beter rekening houden met de rol van de club binnen de wijk.

Dat wekt misschien de suggestie dat de experts zo’n club wel eventjes kunnen verduurzamen, maar niets is minder waar, zeggen de ervaringsdeskundigen aan tafel. De kiem komt altijd voort uit de vereniging zelf: vrijwilligers die thuis zijn in verduurzaming, zoals een architect, een aannemer, iemand uit de bouw of de installatiesector, een energieadviseur of zelfs een ambtenaar, die samen de ‘Commissie verduurzaming’ vormen.

Het is nooit de ander die het oplost, je zult zelf moeten duwen en trekken. Tegelijk moet je ook tien of twintig jaar vooruit kunnen kijken.

Hub Hamers, lid duurzaamheidscommissie tennisvereniging Berg en Dal

Maar clubbestuurders vinden dit spannend, want soms grote bedragen, tot wel enkele tonnen, zijn gemoeid met isoleren, warmtepompen, vloerverwarming, zonnepanelen, led-verlichting, en al die andere opties. Besturen weten veel over sport en jeugd, maar risico’s inschatten is een ander verhaal.

En als het gaat om zaken als buurtbatterijen en warmte- koude opslag voor een lokaal energiesysteem gaat het al snel erg ingewikkeld voor de gemiddelde sportvrijwilliger.

De eerste slag is altijd binnen de club: Wat willen we? Daarin moet je wel iedereen meenemen. 

Michael Poot, specialist verduurzaming sportsector bij Kenniscentrum Sport & Bewegen

 

verlichting van een sportveld

De voeding: hulptroepen zijn hard nodig

Als een vereniging zichzelf eenmaal heeft gemobiliseerd om te gaan verduurzamen, is alle hulp van buitenaf welkom, bijvoorbeeld van lokale overheden, het Rijk en energiecoöperaties. Bovenaan het verlanglijstje staan kennis over de maatregelen en een simpele en goedkope financiering.

Voordat een bestuur zich wil binden aan een commerciële adviseur, aannemer of installateur wil de club graag eerst onafhankelijke informatie inwinnen. Er zijn helpdesks en sites waar ervaringen worden uitgewisseld, zoals www.duurzamesportsector.nl, maar ook onafhankelijke hulp van een gemeente of een energiecoöperatie uit de buurt is zeer welkom.

Wat mij betreft is ‘versimpelen’ de sleutel. Het is tenslotte geen topsport, we zijn maar amateurs.

Rutger ter Hoeven

Hun expertise kan samen met de vrijwilligers binnen de club zorgen dat alle kansen verzilverd met verduurzaming verzilverd worden. In sommige gevallen kan een gemeentelijk waarborgfonds uitkomst bieden, omdat daar een lening tegen lage rente kan worden afgesloten. Dat verkleint de risico’s voor de club aanzienlijk.

Hier komen werelden bij elkaar, bijvoorbeeld sport en energie binnen de gemeenten. Laten we op elkaars schouders staan, dan komen we verder.

Kristel Lammers, programmadirecteur NP RES

Er bestaan grote verschillen tussen gemeenten. Grote steden hebben vaak wel experts die kunnen helpen. Naast nationale subsidies bestaan er vaak lokale fondsen als financieel steuntje in de rug, al zijn die vaak ingewikkeld te benaderen - als het potje niet al leeg is. Maar niet alle gemeentes hebben die.

Vanwege de rol van sport, zie ik ook graag een structurele financiering voor verduurzaming bij clubs.

Marc van den Tweel, alg. directeur NOC*NSF

Energiecoöperaties worden ook vaak genoemd als aantrekkelijke partners, omdat die vaak al bezig zij met zaken als buurtbatterijen en lokale warmtenetten. De coöperaties zoeken vaak de ruimte die er bij sportclubs nog volop is.

Netbeheerders staan te popelen, want die zijn geholpen met elk initiatief dat de netten ontlast. En clubs bieden juist weer ruimte.

Joris Wijnhoven, specialist energiesysteem NVDE

 

trainer met pupillen op de tennisbaan

De oogst: Voorbij de lage energierekening, een rol in de buurt

De hoge gasprijs is een enorme impuls voor de verduurzaming van sportaccommodaties, maar alle sprekers zijn unaniem: de winst is veel groter. De rol van de club in de buurt, de sociale cohesie en het voortbestaan van de vereniging krijgen een flinke ruggensteun. En één stap verder: een interessante centrale rol in de buurt-energievoorziening.  

De successen van bijvoorbeeld de voetbalvereniging in Weesp en de tennisclub in Berg en Dal bewijzen: verduurzaming legt de club geen windeieren.

 ​​​​​​Mede dankzij dit project zijn we van een vergrijzende club met 200 leden weer gegroeid, naar 350 leden en veel jeugd.

Huub Hamers

Beide clubs konden, ondanks de fikse prijsstijging voor energie, de contributie op hetzelfde niveau houden als pakweg vijf jaar geleden, voor de energiecrisis. Zonnepanelen, warmtepomp, isolatie, vloerverwarming en dergelijk vergen een forse investering en dus vaste rentelasten voor de club, maar die komen in de plaats van de vaak forse en sterk variërende energielasten. Clubs kunnen van het gas af, komen zelfs uit op nul op de energierekening.

Sociale binding is de kern van verduurzaming. Wij danken er onze jaarlijkse toename van leden met 15 tot 20% aan.

Rutger ter Hoeven

Maar er gebeuren veel meer bijzondere dingen als een club gaat verduurzamen. De term ‘sociale cohesie’ valt vaak, van toepassing op de club zelf, maar ook erbuiten. Sport heeft natuurlijk al van oudsher een sociale functie, maar duurzaamheidsprojecten versterken die rol. Mensen uit de buurt schieten te hulp, zelfs als ze zelf niet voetballen of tennissen. Sommigen zien zelfs het enthousiasme van voor de Covid-  en energiecrisis weer terugkeren, wat resulteert in een structurele toename van het aantal leden.

Wij zien een duidelijke behoefte om post-covid weer dingen samen te doen. Zo meteen met de Olympische Spelen willen we ook duurzame voorbeelden stellen, want topsporters kunnen de buitenboordmotoren voor verduurzaming zijn. 

Marc van den Tweel

Het advies van het NKP ziet nog een andere functie van sportaccommodaties in wijken. De ruimte van de club, de energieopwekking en het gebruik passen soms goed op de rest van de buurt, zeker als er een verbinding wordt gelegd via bijvoorbeeld buurtbatterijen of de opwekking van warmte onder een kunstgrasveld ten behoeve van omliggende huizen. Samen met de buurt, de lokale energiecoöperaties kunnen clubs zo een nóg belangrijkere sociale en economische rol in de wijk vervullen.

 

 

 

Afschaffen salderen schept een probleem

Niet zelden maken zonnepanelen deel uit van het pakket verduurzamingsmaatregelen bij sportverenigingen. Het voornemen van het nieuwe kabinet om de gunstige salderingsregeling af te schaffen zadelt deze clubs op met een probleem.

‘Salderen’ betekent dat de eigenaar de opbrengst van de zonnepanelen op elk moment in het jaar mag wegstrepen tegen stroom die ze van de leverancier afnemen. Als dat niet meer mag, levert zonnestroom een lagere vergoeding op. Een club heeft beperkt mogelijkheden eigen opwekte stroom direct te gebruiken. De zon schijnt overdags. De frituur gaat ’s avonds aan, net als de veldverlichting die ook vooral in de winter nodig is. Dan is stroom duurder.

Eén mogelijke oplossing is het installeren van een batterij, die de overtollige zonnestroom van overdag kan opslaan voor later gebruik in de avond. Die batterij kan ook een functie voor de buurt vervullen. Maar batterijen zijn nog duur, een buurtbatterij is ingewikkeld, dus toepassing ervan bij sportclubs staat nog in de kinderschoenen.

 

 

 

 

 

 

Blijf op de hoogte

Geen belangrijke updates missen? Meld je dan aan voor onze nieuwsbrief.

Inschrijven

 

 

Cookie-instellingen