Het Landbouwakkoord strandde weliswaar, de opgave uit het Klimaatakkoord om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen is daarmee niet verdwenen. Op verschillende manier is een aantal agrariers al bezig met die reductie. Er is meer positieve beweging onder de boeren dan soms lijkt. “De boeren zijn niet het probleem, maar de oplossing. Er zijn genoeg boeren die dat al bewijzen,” zegt melkveehouder Erik Kleissen. ‘Verwaarding’ is de sleutel tot schaalvergroting, luidt de conclusie uit het webinar ‘Boeren met toekomst; Kansen met CO2-reductie.'
- Terugkijken webinar - De nieuwe boeren - Verwaarding - De rol van de consument
De landbouw in Nederland, die 60% van ons landoppervlak beslaat, staat aan de vooravond van stevige veranderingen. Nu domineert de stikstofproblematiek nog in de krantenkolommen, maar er moeten ook nog miljoenen tonnen CO2 minder de lucht in, en de biodiversiteit eist veel meer aandacht.
Het webinar ‘Boeren met Toekomst’ van het Nationaal Klimaat Platform laat zien daarvoor al veel praktische oplossingen zijn. Drie boeren kwamen aan het woord. Zij lieten zien dat het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen kan bijdragen aan een duurzame toekomstbestendige bedrijfsvoering. Dat vergt wel creativiteit, nieuwe samenwerkingsverbanden en uithoudingsvermogen, zegt iedereen.
“We zijn allemaal voortdurend aan het zoeken,” zegt ‘veranderboer’ Sjoerd Miedema uit Akkrum. Vezelteler en parttime melkveehouder Erik Kleissen uit Overijssel valt hem bij: “Dat boeren boos worden snap ik. Want na 20, 30 jaar boeren moeten we ineens een andere afslag nemen. Maar ik zie ook het besef: op deze manier doorgaan is niet houdbaar.”
Kleissen: “Deze overgangsfase is één grote zoektocht. Als je minder vee wil houden, moet je gaan rekenen: wat dan wel, hoe verdien ik mijn geld?” Linda Calciolari van Ekoboerderij De Lingehof stelt de hamvraag: “Waar zit onze beloning voor de waarde die wij met onze lupine creëren? Door onze teelt is minder kunstmest nodig. We hoeven niet te slepen met soja uit Brazilië. We zorgen voor een betere waterhuishouding en meer biodiversiteit.”
De boeren met toekomst aan het woord
Het systeem waarin het gemiddelde boerenbedrijf nu functioneert geeft die beloning nog niet standaard. Het tegendeel is eerder waar. Miedema geeft een voorbeeld: “Naast de melk genereer ik nu inkomsten uit een paar verschillende bronnen. Ik krijg bijvoorbeeld geld uit ‘Valuta voor Veen’ omdat ik CO2-uitstoot voorkom. De accountmanager van mijn bank ziet dat en zegt: die inkomsten zijn incidenteel. Pas als dat een paar jaar achter elkaar gebeurt mag hij van de bank een vinkje zetten en weer een stap verder gaan met mij.
Lees meer over het Veenweide programma
De zoektocht naar ‘Boeren met Toekomst’ is dus grotendeels een zoektocht naar nieuwe waardes, zo wordt duidelijk uit het gesprek tussen vertegenwoordigers van organisaties uit landbouw en natuur. “Het sentiment over biologische landbouw is echt veranderd,” put Laurens Nuijten van BioNext de moed. “Ook LTO en supermarkten beginnen dat op de juiste waarde te schatten. Maar het zou mooi zijn dat we maatschappelijke keuzes maken die daarvoor nodig zijn.”
Ook Peter Smit (Natuur en milieufederaties) en Pieter Goudswaard (MVO Nederland) kunnen nauwelijks wachten op de juiste beloning voor de boeren die het anders willen doen. Dat is niet eenvoudig. Goudswaard: “Het verdienvermogen van de nieuwe boer is een kwestie van het stapelen van nieuwe waardes: naast de waarde van je product ook een beloning voor de CO2 die je niet uitstoot, voor de natuur die je in stand houdt, voor de biodiversiteit. Op die manier kunnen we opschalen.”
De ‘veranderboeren’ kunnen zich daarin vinden. “Laten we dat dan alleen geen ‘compensatie’ noemen, of zoiets,” zegt Erik Kleissen. “Het zijn ecodiensten die we leveren, en die verdienen een beloning, net als de glazenwasser voor zijn diensten.”
Sjoerd Miedema, ‘veranderboer’ van de Nije Mieden, Akkrum (Fr): “Ik heb het eerder geprobeerd op de turbomanier, met extra vee, grond bijkopen, verder intensiveren. Maar bij mij werd het jongetje wakker toen ik zag wat er gebeurde met de weidevogels, de grutto’s en de tureluurs. Ik ben gaan extensiveren. Ik zette het waterpeil van mijn veenweide hoger, waardoor de grond niet verder zakte. Dat scheelt een centimeter per jaar, wat tien ton broeikas CO2 per jaar bespaart."
"Ik heb mijn grond moeten afwaarderen en moest lichtere koeien hebben, met veel minder melkopbrengst. Door samen met milieufederaties aan de slag te gaan kon ik mijn hoofd boven water houden. Mijn buurman vond dat eerst maar niks, maar nu doen we dingen met ons tweeën.”
Linda Calciolari, Ekoboerderij De Lingehof/Lekker Lupine: “Wij verbouwen lupine, een peulvrucht. Die haalt de stikstof voor de groei uit de lucht, dus niet uit de grond of uit kunstmest. Dat bespaart een hoop CO2 en stikstofoxide en de eiwitten uit lupine zijn een waardevolle aanvulling op ons dieet, naast of in plaats van vlees, dat is een keuze. Lupine verbouwen is goed voor de ondergrond, past bij de regeneratieve landbouw en creëert waarde voor andere gewassen. Met Lekker Lupine willen we de teelt verder verbeteren. We zijn ook met ketenpartners bezig om een goede marktprijs voor onze bonen te krijgen. Dat is nog wel veel pionieren.”
Erik Kleissen teelt vezelrijke gewassens en is parttime melkveehouder: “Ik was 'plankgasboer', maar zit op 600 meter van een Natura2000-gebied. Van mijn 60 hectare grond bevindt 20 ha zich in een beekdal. Ik ben vezels gaan verbouwen, zoals hennep en olifantsgras. Die nemen veel CO2 op en zijn geschikt als isolatie of voor beplating in de bouw. Daar zit de CO2 dan voor jaren opgeslagen. Ik zit volop in de overgangsfase, ben aan het experimenteren, en zoek samenwerking met bouwers om mijn vezels af te zetten.”
terug naar boven
Het Nieuwe Boeren gaat vaak samen met een extensievere vorm van landbouw, dus met lagere opbrengsten van melk, vlees en gewassen, en dus lagere inkomsten. De nieuwe boer zoekt dus naar nieuwe bronnen van inkomsten.
Een belangrijke component daarin is de beloning voor landbouwproducten die minder maatschappelijke kosten met zich meebrengen. Linda Calciolari: “Wat mij betreft begint de beloning bij ‘true pricing’. Als de maatschappelijke kosten in de reguliere producten worden meegenomen, hoeft de consument er niet meer over na te denken.”
Enkele andere voorbeelden voor beloningen passeerden de revu. Zo is er het project ‘Valuta voor Veen’, waar de boer inkomsten krijgt uit de verkoop van CO2-certificaten. Dat is een vrijwillige markt, waar bedrijven of organisaties de eigen CO2-uitstoot kunnen compenseren met de certificaten uit de landbouw. Peter Smit van de Natuur en milieufederaties: “De boer krijgt de inkomsten uit het certificaat als hij aantoont dat hij CO2-uitstoot heeft voorkomen. Dat systeem is nog tamelijk ingewikkeld, maar we werken aan vereenvoudiging.”
Boeren kunnen ook allerlei potjes aanspreken voor natuurbeheer of biodiversiteit, maar die zijn vaak regionaal en nog niet zo structureel. Nog minder concreet zijn beloningssystemen voor bijvoorbeeld goed waterbeheer.
Sjoerd Miedema ziet vooral een belangrijke rol weggelegd voor de consument: die zou meer over moeten hebben voor de producten van de Nieuwe Boeren. Anderen zien dat ook graag, maar “de consument is een ingewikkeld geval,” aldus Laurens Nuijten van BioNext. “We hebben al een biologisch keurmerk, maar de samenleving draagt daar nog weinig aan bij. De overheid bijvoorbeeld is hier geheel afwezig.”
Nieuws Activiteiten Klimaatkennis Over ons Documenten Contact
Geen belangrijke updates missen? Meld je dan aan voor onze nieuwsbrief.
Inschrijven
Deze website maakt gebruik van cookies. Lees meer over cookies in onze cookieverklaring.
Deze cookies verzamelen nooit persoonsgegevens en zijn noodzakelijk voor het functioneren van de website.
Deze cookies verzamelen gegevens zodat we inzicht krijgen in het gebruik en deze website verder kunnen verbeteren.
Deze cookies zijn van aanbieders van externe content op deze website. Denk aan film, marketing- en/of tracking cookies.